Uit het leven gegrepen (deel 2)

Brabants

Mw Pieterse is van indische afkomst en heeft altijd in het westen van het land gewoond.

Dokter: “Mevrouw Pieterse, hebt u nog pijn?”.

Mw P: “Nei-je”.

Dokter: “Zo, u praat al aardig brabants”.

Mw P: “Ja, dat moet wel, anders noemen ze me kakmadam”.

**********

De Zorgboog

De heer Jansen is dementerend. De doktersassistente komt bloed prikken.

Dhr J: “Wa duurt da lang, bende nou nog nie klaar?”.

Andere bewoner: “Nou, vriendelijkheid is ook maar alles”.

Dhr J: “Ik heb het hé-le-maal gehad met die Zorgboog!”.

**********

Belevingsgericht

Mevrouw Pieterse is dementerend. Zij komt met haar zoon een kopje koffie halen bij de toko.

Mw P: “Heb ik geen knappe vriend?”.

Tokomedewerkster, belevingsgericht: “Zeg dat wel mevrouw Pieterse, hij mag er zijn, die vriend van U. Hebben jullie al lang verkering?”.

Mw P: “Weet je, hij heeft me nog niet gevraagd”.

Mw Pieterse loopt terug naar haar tafeltje.

Halverwege draait zij zich om: “Ha, ha, dat is mijn vriend niet, dat is mijn zoon”.