Op een PG afdeling
Mevrouw A: “Dokter, jij bent mijn vriend.”
Dokter: “Fijn te horen mevrouw, maar ik weet niet wat mijn vrouw daarvan vindt.”
Mevrouw B (Helmondse): “Dokter, gij kent hendig 2 wiefkes aan, gij.
Op een PG afdeling
Mevrouw A: “Dokter, jij bent mijn vriend.”
Dokter: “Fijn te horen mevrouw, maar ik weet niet wat mijn vrouw daarvan vindt.”
Mevrouw B (Helmondse): “Dokter, gij kent hendig 2 wiefkes aan, gij.