Taalhumor
Ik wil niet met de boze vinger kijken.
Je hebt hem op het wankele been gezet.
Puntje van de tong
John zit een brief te schrijven. Ineens kijkt hij verschrikt op.
‘Verdorie,’ zegt hij. ‘Ik had het op het puntje van de tong en nu is het weg.’
‘Ja, dat gebeurt wel eens,’ zegt Irene. ‘Denk maar even rustig na, dan heb je het zo weer terug.’
Waarop John zegt. ‘Nee, dat denk ik niet. Het was een postzegel.’
Bril
Jim, veertig plus inmiddels, speelt basketbal met een paar vrienden van zijn leeftijd.
‘Nog even,’ zegt Frank. ‘en we zullen al een doelpunt moeten rekenen als de bal de rand van de mand raakt.’
‘Ja,’ zegt Jim. ‘Het valt niet mee om voor een worp door het bovenste deel van je multifocale bril te moeten kijken en voor een dunk door het onderste.’
Praatjesmakers
Ricardo ligt op de bank ontspannen naar de televisie te kijken.
‘Mama, als ik doodga, gaat deze bank dan ook mee?’
Met dank aan de Gerarduskalender!