Bij het toenemen van de dementie gaat het denkvermogen zover achteruit, dat de dementerende niet langer in staat is om het verschil te zien tussen vroeger en nu, tussen bekende en onbekende situaties of personen. Ervaringen met nieuwe situaties of personen roepen steeds vaker belevingen op uit het verleden, die dan als de werkelijkheid ervaren worden. Een ziekenhuisachtige afdeling roept bijvoorbeeld de negatieve beleving op van de tijd op kostschool waar de persoon zich vaak doodongelukkig heeft gevoeld. Een ander voorbeeld hiervoor is de dementerende dame die steeds kwaad wordt op een bepaalde ziekenverzorgende, omdat deze bij haar de herinnering oproept aan haar jongere zus die naar haar gevoel altijd door vader is voorgetrokken.
Heden en verleden gaan steeds meer door elkaar lopen. Zo worden kinderen soms verward met broers en zussen.
Spanningen en negatieve emoties kunnen dan ontstaan doordat de werkelijkheid, zoals de bewoner die beleeft, botst met de echte werkelijkheid. Een voorbeeld hiervan is de dementerende die meent dat de huiskamer van het verpleeghuis haar eigen huiskamer is en boos probeert al “die vreemde mensen” te verwijderen.
In de fase van het verdwaalde ik gaan verstandelijke functies, zoals het denkvermogen, een steeds kleinere rol spelen in de beleving van de persoon. Dit kan gevolgen hebben voor de intensiteit van de gevoelens van de persoon. Een gezond iemand (of iemand in de fase van het bedreigde ik) is meestal nog in staat om gevoelens die ervaren worden te verklaren en te relativeren (bijv. “ik ben verdrietig omdat het bezoek weg is, maar morgen komen ze weer”). Bij iemand in het verdwaalde ik is het denkvermogen zo gering geworden, dat emoties door de persoon zelf niet meer begrepen en ook niet meer gerelativeerd kunnen worden. Hierdoor kan de emotie zichzelf versterken. De dementerende wordt als het ware overweldigd door de eigen gevoelens en zal de geruststellende houding van de ander nodig hebben om weer tot rust te komen.
Ondanks het hiervoor geschetste beeld van afnemende vermogens en het feit dat de dementerende steeds meer ‘verdwaald’ in zijn innerlijke wereld, is hij echter nog steeds in staat tot contact zoeken en kan in dit contact ook nog altijd wederkerigheid ontstaan.
Benadering bij de fase van het verdwaalde-ik
In de fase van het verdwaalde ik ontstaan negatieve belevingen vaak doordat het heden negatieve associaties oproept, doordat “onze” werkelijkheid botst met de werkelijkheid zoals die door de dementerende beleefd wordt of doordat de dementerende overweldigd wordt door de eigen emoties. Belevingsgerichte zorg zou er in deze fase dan ook vooral op gericht moeten zijn op het creëren van situaties die positieve associaties oproepen, op het meegaan met de werkelijkheid van de dementerende en op het beschermen van de dementerende tegen de eigen emoties.
Hieronder volgen enkele manieren waarop invulling gegeven kan worden aan genoemde doelstellingen.
- Validerende benadering (meegaan met de gevoelens)
In de fase van het verdwaalde-ik zijn belangrijke zaken; het benoemen van emoties, het aanraken en vasthouden en het herhalen van woorden die de dementerende zelf gebruikt.
- Het aanbieden van activiteiten.
Door een activiteit aan te bieden, die aansluit op een vroegere interesse kan het herbeleven van positieve herinneringen gestimuleerd worden. Zo kan bijvoorbeeld het geven van een poetslap aan een dementerende dame met het verzoek om mee schoon te maken, de tijd doen herbeleven dat men nog nuttig was en een taak had. Het gaat hier dus niet zozeer om de poetsactiviteit op zich, maar veel meer om de beleving die het mogelijk oproept.
Belangrijk hierbij is natuurlijk om rekening te houden met de beperkte vermogens van de persoon. Vaak zal het dan ook gaan om bezigheden waaraan men passief kan deelnemen.
- Begrenzen
Begrenzen betekent begrip tonen voor de angst of boosheid die geuit wordt, maar tegelijkertijd grenzen aangeven of betekenis geven aan de emotie. Belangrijk is de persoon de gelegenheid te geven zijn emoties te ontladen zonder dat hij daarbij zichzelf of anderen schade berokkent. Begrenzen is nodig in acute situaties, bijvoorbeeld bij plotselinge ernstige agressie of angst. Begrenzen is geen bestraffen: er volgen geen sancties als de ander niet ophoudt. Het vergt wel veel van degene die deze benadering toepast. Men moet sterk in de schoenen staan om heftige emoties van de persoon op een rustige maar krachtdadige/zelfverzekerde manier op te vangen.
Door naar: verborgen-ik